Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Als zij dit Jotham aanzeiden, zo ging hij heen, en stond op de [15]hoogte des bergs [16]Gerizim, en verhief zijn stem, en riep, en hij [17]zeide tot hen: Hoort naar mij, gij, burgers van Sichem! en God zal naar ulieden horen. 15. Hebreeuws, het hoofd. 16. Die aan Sichem was gelegen en recht tegenover lag de berg Ebal, waarvan te zien is Deut.11:29,30; Joz.8:33. 17. Zo het schijnt, door Gods ingeven, die Jothams woorden bevestigd heeft; onder, vs.24,57.